Er worden in Snap 3 types van lijsten gebruikt.

  • Numeric: gebruikt voor codes van numerieke variabelen en quantity vragen
  • Alphanumeric: gebruikt voor codes van alfanumerieke variabelen en literal (tekst) vragen
  • Variable: gebruikt om lijsten van variabelen te specifiëren

Lijsten worden gemaakt van enkele items (getallen, tekst tussen aanhalingstekens, of variabelen), of reeksen van items

Een reeks van items bestaat uit:

  • twee items gescheiden door het karakter ~ of het woord  TO. Deze items en alles wat zich ertussen bevindt wordt meegenomen
  • een enkel item met een relationele operator ervoor. Alle items gedefinieerd door de term worden meegenomen. Bijvoorbeeld: <>25 bevat alle waarden behalve 25.

Type

Omschrijving

Numerieke lijsten

Een numerieke lijst bevat één of meer getallen, of een reeks van getallen

De getallen mogen voorafgegaan worden door een min-teken en mogen ook decimale of integere constanten voorstellen. Bijvoorbeeld:

1,3~5,7~9

123.45~1000

-9000 TO -8000

> 5

<10,>15

Numerieke lijsten worden gebruikt om de toegelaten code waarden voor variabelen met quantity antwoorden te definiëren. Doorgaans gebruik je numerieke lijsten om de waarden te definiëren voor Valid codes, maar je kan ze ook gebruiken voor No Reply definities om te zorgen dat niet-geldige waarden worden meegeteld in de categorie No Reply, in plaats van als Error beschouwd te worden.

Alfanumerieke lijsten

Een alfanumerieke lijst bevat één of meer items, of reeksen van items

Elk item bestaat uit één of meer karakters. Wanneer een item spaties, kommas, enkele of dubbele aanhalingstekens of  (~), dan moet men dit opnemen in enkele  (' ')  of dubbele aanhalingstekens (" "). Het is niet mogelijk voor een enkel item om zowel enkele als dubbele aanhalingstekens te bevatten:

A~Z, a~z, ' " ', " ' ", ' ', 99

Paris OR "New York"

"Harrod's", "Marks and Spencer", Hamleys

"BA" TO "CZ" OR "LL"

<> London

Alfanumerieke lijsten worden gebruikt om de toegelaten codes voor literal (=tekst)variabelen te definiëren. Deze kunnen alfanumerieke variabelen zijn of vraagvariabelen. Doorgaans zal je alfanumerieke lijsten gebruiken om waarden te definiëren voor Valid codes, maar je kan deze ook gebruiken voor het definiëren van No Reply, en zo te zorgen dat de waarden die niet geldig zijn meegeteld worden als No Reply, in plaats van een error.

Wanneer je literals wil matchen, noteer dan dat de items hoofdlettergevoelig zijn, en dat de relationele operator = ook zal werken bij "substrings":

  • Q1 = "and" zal een TRUE waarde geven indien de waarde van Q1 "Marks and Spencer" is.
  • Q1 = "And" zal een FALSE waarde geven indien de waarde van Q1 "Marks and Spencer" is.
  • Om een item exact te matchen, moet je de relationele operator == gebruiken. Q1 =="and" zal enkel TRUE geven indien de waarde van Q1 "and" is.

Variabele lijsten

Variabele lijsten specifiëren één of meer variabelen, bijvoorbeeld bij de analyse van een grid tabel of de definiëring van een hierarchische export. Ze bestaan uit één of meer variabele namen, of reeksen van variabelen, gescheiden door komma's.

WinHelp: BombWanneer je reeksen van variabelen definieert, zal de reeks bepaald worden door de sequentienummers, en niet door de de opgegeven namen van de variabelen. Dit betekent dat indien je de volgorde van de variabelen wijzigt of routing toevoegt nà het definiëren van je analyses, de variabelen die opgenomen worden in je reeks ook kan wijzigen.